Afkondigingen
Votum en Zegengroet
Psalm 122:1 en 2
Ik was verheugd, toen men mij zei:
Laat ons naar ‘t huis des Heren gaan,
om voor Gods aangezicht te staan.
Kom, ga met ons en doe als wij.
Jeruzalem, dat ik bemin,
nu treden wij uw poorten in.
Daar staan, o Godsstad, onze voeten.
Jeruzalem is hecht gebouwd,
wel saamgevoegd, wie haar aanschouwt
zal haar als stad van vrede groeten.
De stammen, naar Gods naam genoemd,
gaan daarheen op, naar zijn bevel.
Een voorschrift is voor Israël,
dat elk des HEREN naam daar roemt.
Jeruzalem, dat ik bemin,
nu treden wij uw poorten in.
Uw vrede moge ons geleiden.
Want ook de zetels van het recht
van ‘t huis van David, ‘s HEREN knecht,
staan daar om onrecht te bestrijden
10 geboden
Psalm 32 – Psalm Project vertaling
Zo liefdevol, heer, rust op mij uw oog.
U leidt mij uit de diepte weer omhoog.
Mijn schuld en ontrouw hebt u weggedaan.
Als nieuwgeboren ziet u mij nu aan.
U zult mij voortaan door uw trouw bewaken.
U zult mijn leven vol van vreugde maken.
Zo zal uw weg mij wijzen waar te gaan.
U gaat mij voor, u maakt voor mij ruim baan.
Zolang ik zweeg verdorde mijn bestaan.
Ik was bezwaard, zo greep de schuld mij aan.
Zwaar woog uw hand op mij, heer, dag en nacht.
In zelfbeklag verdween mijn levenskracht.
Mijn ontrouw, heer, heb ik aan u beleden
U die vergeeft, tot u heb ik gebeden.
Ben ik omringd door storm en watervloed:
Op u vertrouw ik, heer, u die mij hoedt.
U zult mij voortaan door uw trouw bewaken.
U zult mijn leven vol van vreugde maken.
Zo zal uw weg mij wijzen waar te gaan.
U gaat mij voor, u maakt voor mij ruim baan.
Gebed
Matth 16:13-23
13 Toen Jezus gekomen was in het gebied van Caesarea Filippi, vroeg Hij aan Zijn discipelen: Wie zeggen de mensen dat Ik, de Zoon des mensen, ben? 14 Zij zeiden: Sommigen: Johannes de Doper, en anderen: Elia, en weer anderen: Jeremia of een van de profeten. 15 Hij zei tegen hen: Maar u, wie zegt u dat Ik ben? 16 Simon Petrus antwoordde en zei: U bent de Christus, de Zoon van de levende God. 17 En Jezus antwoordde en zei tegen hem: Zalig bent u, Simon Barjona, want vlees en bloed hebben u dat niet geopenbaard, maar Mijn Vader, Die in de hemelen is. 18 En Ik zeg u ook dat u Petrus bent, en op deze petra zal Ik Mijn gemeente bouwen, en de poorten van de hel zullen haar niet overweldigen. 19 En Ik zal u de sleutels van het Koninkrijk der hemelen geven; en wat u bindt op de aarde, zal in de hemelen gebonden zijn; en wat u ontbindt op de aarde, zal in de hemelen ontbonden zijn. 20 Toen verbood Hij Zijn discipelen dat zij tegen iemand zouden zeggen dat Hij, Jezus, de Christus, was. Eerste aankondiging van het lijden 21 Van toen aan begon Jezus Zijn discipelen te laten zien dat Hij naar Jeruzalem moest gaan en veel zou moeten lijden van de kant van de oudsten en de overpriesters en de schriftgeleerden, en dat Hij gedood zou worden en op de derde dag zou worden opgewekt. 22 En Petrus nam Hem apart en begon Hem te bestraffen; hij zei: God zij U genadig, Heere, dit zal beslist niet met U gebeuren! 23 Maar Hij keerde Zich om en zei tegen Petrus: Ga weg achter Mij, satan! U bent een struikelblok voor Mij, want u bedenkt niet de dingen van God, maar die van de mensen.
Inleiding Preek
Terugkijken vorige keer / Kidsmoment
Sela: ik zal er zijn
Hoe wonderlijk mooi is uw eeuwige Naam.
Verborgen aanwezig deelt U mijn bestaan.
Waar ik ben, bent U: wat een kostbaar geheim.
Uw naam is ‘Ik ben’ en ‘Ik zal er zijn’.
Een boog in de wolken als teken van trouw,
staat boven mijn leven, zegt: Ik ben bij jou!
In tijden van vreugde, maar ook van verdriet,
ben ik bij U veilig, U die mij ziet.
De toekomst is zeker, ja eindeloos goed.
Als ik eens moet sterven, als ik U ontmoet:
dan droogt U mijn tranen, U noemt zelfs mijn naam.
U blijft bij mij Jezus, laat mij niet gaan.
‘Ik ben die Ik ben’ is uw eeuwige naam.
Onnoembaar aanwezig deelt U mijn bestaan.
Hoe adembenemend, ontroerend dichtbij:
uw naam is ‘Ik ben’, en ‘Ik zal er zijn’.
O Naam aller namen, aan U alle eer.
Niets kan mij ooit scheiden van Jezus mijn Heer:
Geen dood en geen leven, geen moeite of pijn.
Ik zal eeuwig zingen, dicht bij U zijn.
‘Ik ben die Ik ben’ is uw eeuwige naam.
Onnoembaar aanwezig deelt U mijn bestaan.
Hoe adembenemend, ontroerend dichtbij:
uw naam is ‘Ik ben’, en ‘Ik zal er zijn’.
Tekst: Matth 16:16 + 23
Verkondiging
1- Petrus als kleine koning
2- Jezus beschermt – niet Satan
3- 4x moeten – voor ons
Opwekking 400
Liefde was het, onuitputt’lijk,
liefd’ en goedheid, eind’loos groot.
Toen de Levensvorst op aarde
tot ons heil zijn bloed vergoot.
Komt, laat ons zijn liefde prijzen!
God geeft vreugd’ en dankensstof.
Eenmaal zingen wij voor eeuwig
in de hemel zijnen lof.
Rijd als Heerser door de velden,
Jezus in uw grote kracht.
Niets, niets kan U tegenhouden,
zelfs de hel niet met haar macht.
Voor uw naam, zo groot en heerlijk
zinkt de vijand weg in ‘t niet.
Heel de schepping, Heer, zal beven,
als zij U, haar Koning, ziet.
Dank Gebed
Collecte
Opwekking 174
Juicht, want Jezus is Heer,
kinderen Sions, verblijdt u ter ere
van Hem, die ons liefheeft.
Hij is verrezen en leeft,
Jezus, de Koning, die mensen
het leven weer geeft.
Liefde bedekt zijn schepping,
de bloemen, de vogels, het gras.
Zou Hij dan jou vergeten,
Jezus, die blinden genas, verrees.
Wees als een boom die vruchtdraagt,
ieder seizoen op zijn tijd.
Drink van het levend water,
Jezus, de bron voor altijd, verrees.
Samenvatting deze dienst
Zegen