Liturgie 5 september morgendienst

Welkom

Votum + Groet

Zingen DNP 42:1 en 3

  1. Als een uitgeputte hinde
    die naar stromend water smacht,
    zo verlang ik U te vinden,
    God, mijn levensbron, mijn kracht.
    Ik heb dorst, mijn hart lijdt pijn:
    Wanneer zal ik bij Hem zijn?
    Wanneer zal ik Hem ontmoeten,
    zal zijn glimlach mij begroeten?
  2. Waarom, ziel, zo aangeslagen?
    Waarom boordevol verdriet?
    Hoop op God en laat je dragen.
    Hij vergeet je zeker niet.
    Want de dag komt – heb geduld! –
    dat je Hem aanbidden zult.
    Straks zal ik zijn naam belijden:
    Hij zal mij opnieuw bevrijden.

Wet zingen:
Ken je Gods gebod, woorden een tot tien?
God laat zo Zijn wil voor heel ons leven zien!
Al die woorden zijn er, ook voor jou en mij.
Leven zoals God wil, dat maakt je vrij!

Een, dat is de Heer, niemand is als God.
In zijn Vaderhand ligt heel ons levenslot.
Twee: maak dan geen beelden, Hij is altijd meer.
Dien geen and’re goden, dan God de Heer.

Drie, dat is de naam van de hoge God.
Hij vraagt ook aan jou, dat jij niet met Hem spot.
Vier, dat is de rustdag, dag van onze Heer.
Elke dag een feestdag, vandaag ook weer.

Vijfde woord van God: blijf je ouders trouw.
Denk aan wat ze deden in hun zorg voor jou.
Zes: je moet niet haten, dat brengt veel verdriet.
Schelden, slaan en schoppen, dat helpt je niet.

Zeven is Gods woord, ja probeer het maar:
dwars door dik en dun toch trouw zijn aan elkaar.
Acht: je mag niet stelen, wat van and’ren is.
Als je toch iets meepikt, dan gaat het mis.

Negen: spreek geen kwaad en maak niemand zwart.
zeg alleen de waarheid, houd een zuiver hart.
Tien: wees niet jaloers op wat een ander heeft.
Je wordt zielsgelukkig als jij zo leeft!

Gods zegen vragen over deze dienst

Zingen: Gezang 174:1
Zo vriendelijk en veilig als het licht,
zo als een mantel om mij heen geslagen
zo is mijn God, ik zoek zijn aangezicht,
ik roep zijn naam, bestorm Hem met mijn
vragen, dat Hij mij maakt, dat Hij mijn wezen richt.
Wil mij behoeden en op handen dragen.

Lezen: Handelingen 10:1-20
De doop van Cornelius
1 Een van de inwoners van Caesarea was een centurio van de Italiaanse cohort, die Cornelius heette. 2 Hij was een vroom man die, net als zijn huisgenoten, God vereerde. Hij gaf rijkelijk aalmoezen aan het volk en bad veelvuldig tot God. 3 Op een dag kreeg hij omstreeks het negende uur een visioen, waarin hij duidelijk zag hoe een engel van God zijn huis binnenkwam. Hij hoorde hem zeggen: ‘Cornelius!’ 4 Hij staarde de engel verschrikt aan en vroeg: ‘Wat is er, heer?’ De engel antwoordde: ‘Je gebeden en aalmoezen zijn door God als offer aanvaard. 5 Stuur daarom een paar van je mannen naar Joppe om Simon te halen, die ook wel Petrus wordt genoemd. 6 Hij verblijft bij een leerlooier die eveneens Simon heet en in een huis aan zee woont.’ 7 Toen de engel die met hem had gesproken was weggegaan, liet Cornelius twee dienaren bij zich komen en een vrome soldaat uit zijn gevolg. 8 Nadat hij had uitgelegd waar het om ging, stuurde hij hen naar Joppe. 9 De volgende dag, nog voordat de afgezanten van Cornelius in Joppe waren aangekomen, ging Petrus omstreeks het middaguur naar het dak van het huis om daar te bidden. 10 Maar hij kreeg honger en wilde iets eten. Terwijl er eten voor hem werd klaargemaakt, werd hij gegrepen door een visioen. 11 Hij zag hoe vanuit de geopende hemel een voorwerp dat op een groot linnen kleed leek aan vier punten op de aarde werd neergelaten. 12 Op het kleed bevonden zich alle lopende en kruipende dieren van de aarde en alle vogels van de hemel. 13 Hij hoorde een stem zeggen: ‘Ga je gang, Petrus, slacht en eet.’ 14 Maar Petrus antwoordde: ‘Nee, Heer, in geen geval, want ik heb nog nooit iets gegeten dat verwerpelijk of onrein is.’ 15 En voor de tweede maal hoorde hij de stem: ‘Wat God rein heeft verklaard, zul jij niet als verwerpelijk beschouwen.’ 16 Tot driemaal toe hoorde hij de stem, en direct daarna werd het voorwerp weer in de hemel opgenomen. 17 Petrus vroeg zich verbijsterd af wat de betekenis kon zijn van het visioen dat hij had gezien. Juist op dat moment arriveerden de afgezanten van Cornelius bij de poort, nadat ze overal navraag hadden gedaan naar het huis van Simon. 18 Ze trokken door geroep de aandacht van de bewoners en vroegen of Simon Petrus in dit huis verbleef. 19 Terwijl Petrus nog nadacht over het visioen, zei de Geest tegen hem: ‘Er zijn hier drie mannen die naar je op zoek zijn. 20 Ga meteen naar beneden en ga zonder aarzelen met hen mee, want ik heb hen gezonden.’

Kids moment / Inleiding Preek

Lied Klimop: Samuel – Elly en Rickert
Samuël

Hanna had geen zoon
Maar ze bad tot God
Die heeft haar beloond
Want hij zag haar lot
Ze bracht hem naar de tempel
En zei daar tegen hem:
Eli wordt je baas (meester)
Luister naar zijn stem

Samuël, Samuël
Je wordt zijn knecht
Doe wat Hij zegt
Samuël

Midden in de nacht
Toen Samuël sliep
Hoorde hij heel zacht
Een stem die hem riep
Hij ging gauw naar Eli
Maar die vertelde hem:
Doe wat hij je vraagt
Want het is Gods stem

Samuël, Samuël
God roept je echt
Doe wat hij zegt
Samuël

Samuël werd groot
En hij werd profeet
God zei: Ga naar Saul
En dat is wat hij deed
Hij kroonde hem tot koning
De mensen eerden hem
En daarna koos hij David
Want dat zei Gods stem

Samuël, Samuël
God roept hem echt
Tot koning-knecht
Samuël

Tekst: Handelingen 10:29
29 Daarom heb ik me niet verzet toen ik naar u toe werd gestuurd.

Preek

Zingen gezang 161: 1 en 4
Heer, U bent mijn leven de grond waarop ik sta
Heer, U bent mijn weg de waarheid die mij leidt
U woord is het pad de weg waarop ik ga
Zolang U mijn adem geeft, zolang als ik besta
Ik zal niet meer vrezen, want U bent bij mij
Heer, ik bid U, blijf mij nabij

Vader van het leven, ik geloof in U
Jezus de Verlosser, wij hopen steeds op U
Kom hier in ons midden, Geest van liefde en kracht
U die via duizend wegen ons hier samen bracht
En op duizend wegen, zendt U ons weer uit
Om het zaad te zijn van Gods rijk

Dankgebed

Collecte Buitendiensten

Zingen – Genade zo oneindig groot
Genade, zo oneindig groot
dat ik, die ’t niet verdien
het leven vond, want ik was dood
en blind, maar nu kan ‘k zien

Want Jezus droeg mijn zondelast
en tranen aan het kruis.
Hij houdt mij door genade vast
en brengt mij veilig thuis.

Als ik daar in zijn heerlijkheid
mag stralen als de zon
dan prijs ik Hem in eeuwigheid
dat ik genade vond

Zegen

Nederlandse Gereformeerde Kerk Kantens

Nederlandse Gereformeerde Kerk Kantens